woensdag 8 december 2010

Geen verdediging.

Jezus stond voor de stadhouder en de stadhouder vroeg Hem: U bent de Koning van de Joden? Jezus zei tegen hem: U zegt het. Mattheüs hfdst.27 vers 11.
De Joden waren onderworpen aan de Romeinse heerschappij, hun vonnis moest bekrachtigd worden door de stadhouder Pilatus. Het bleef een merkwaardig proces. Jezus bevestigde dát Hij de Koning der Joden is, maar verder antwoordde Hij op geen enkele vraag van Pilatus en op geen enkele beschuldiging van de overpriesters en de oudsten. Hun aanklachten overschreeuwden de stem van hun geweten. Jezus bleef zwijgen. De verworpen Koning deed Zijn mond niet open, zoals ‘een lam dat ter slachting geleid wordt’ (Jes. 53:7). Hij ging vrijwillig in de dood, om u en mij van de eeuwige dood te redden. De Joden mochten geen doodvonnis voltrekken. Daarom werd de Heer Jezus voor Pilatus, de Romeinse stadhouder, gebracht. Naar de beschrijving van dit Evangelie is het verhoor maar heel kort. Jezus bevestigt de vraag van Pilatus over Zijn koningschap en zwijgt daarna. We denken aan de woorden van Jesaja: ‘Hij werd mishandeld, maar Hij liet Zich verdrukken en deed Zijn mond niet open; als een lam dat ter slachting geleid wordt, en als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed Hij Zijn mond niet open.’ Christus heeft voor u geleden en u een voorbeeld nagelaten, opdat u in Zijn voetstappen zou treden.
Lees Mattheüs 27:11-18.
Groetjes,
<>< Pieter.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten